Dag 1: Naar Baden-Baden

Het verhaaltje van deze reis begint met het boeken. Met autovakanties boeken we meestal de eerste overnachting van tevoren en als we echt flink rondreizen met max 1 a 2 nachtjes op dezelfde plek dan boeken we dat onderweg wel. Behalve als we langer op een locatie willen overnachten, dan moet het ook echt een beetje leuk zijn en dat vergt zorgvuldige voorbereiding en urenlang de ene optie tegen de andere afwegen. Deze keer willen we 2 of 3 keer een klein weekje op dezelfde plek blijven, we zoeken dus een leuk huisje of B&B. Meestal zitten we buiten de schoolvakanties en is er wel voldoende beschikbaar. Dit jaar zitten we er echter midden in, en we komen er achter dat -zo in de laatste week voor we gaan- we rijkelijk laat zijn met boeken. Alle leuke B&B’s zitten meer dan vol. Whoops! Afijn, na lang besluiteloos en vruchteloos rond geklikt te hebben, hebben we de woensdagavond voor het eerste weekend van onze vakantie een plan voor de eerste week geboekt: 1e overnachting in Duitsland bij Baden-Baden, de dag daarna het zwarte woud daar bekijken en ‘s avonds een stukje zuidelijk ervan weer overnachten om dan snel door te gaan naar Bella Italia voor 5 dagen een appartement bij het Gardameer (hè weer daar? Ja weer daar 🤷‍♂️🤷‍♀️).  Daarna zien we wel weer verder.

De eerste dag naar Baden-Baden dus. Omdat dat niet zo ver is, hoeven we ook niet zo vroeg weg. Het is al tegen half 12 als we uiteindelijk uit Stiphout wegrijden. Het voordeel van laat vertrekken: de rit van ongeveer 500 km verliep soepeltjes. We checken in bij hotel Merkur, een net hotel dat tegen het centrum en het stadspark aan ligt. Te voet verkennen we Baden-Baden. Het is 32 graden dus we besluiten in het stadspark te gaan wandelen en rustig aan te doen. We wandelen in een kwartiertje door het mooie park heen, we maken wat foto’s en strijken bij het eerste terrasje neer voor een verfrissing (lees: alcohol 🍺🍹)

Wat een leuk stadje is Baden-Baden! Mooi, verzorgd en gezellig (Johan en Simone; als jullie dit lezen echt iets voor jullie!) Overal zijn wel mooie plekjes om te zien en te fotograferen; een mooi theater, een kurhaus, de Trinkhalle (of pump room; een met fresco’s versierde Italiaans aandoende galerij). En nergens is het massaal druk. 

We eten bij Biergarten Löwenbräu; dat ziet er gezellig uit tussen de met lichtjes versierde bomen. Een Wiener schnitzel kost er wel €32, maar dan krijg je er als groente wel een hele halve cherry tomaat en een stukje peterselie bij. Mjammie! Het personeel, deels in klederdracht, heeft er ook niet heel veel zin in. Maar de schnitzel smaakt en het terras ziet er wel leuk uit!  Na het eten nog een stadswandelingetje en dan terug naar het hotel om dit verhaaltje te schrijven.